Het is de bedoeling dat je met een team op muziek je oefeningen maakt.Je doet alles met elkaar en maakt hoge dingen met elkaar. Je staat bijvoorbeeld op iemand z'n bovenbeen. Je stapelt op elkaar zodat het er mooi uit gaat zien. Er zijn heel veel oefeningen. Je kan ook samen met je acrogym-partner nieuwe oefeningen zelf verzinnen.
DE BRUG. De brug is een turntoestel. De mannen turnen op een brug met twee leggers op gelijke hoogte, de vrouwen op een brug met twee leggers op verschillende hoogte. De leggers die meestal tijdens de training worden gebruikt zijn van hout, soms versterkt met een stalen kern. De nieuwste brugleggers worden gemaakt van fiberglas.
De rekstok is in bijna alle gymzalen. Je kan er veel op doen. De elementen die aan de rekstok worden geturnd zijn vooral zwaaielementen (zoals de reuzenzwaai) en draaien (zoals de buikdraai). Daarnaast worden op de hogere niveaus ook vluchtelementen geturnd.
De ringen zijn onderdelen van het turnen. Turn(st)ers. doen er allemaal oefeningen in . Ze hangen op aan het plafond.
De vloer is alleen bij de selectie clubs. Het is meestal 12 x 12 meter. Ze doen er verschillende oefeningen op. Zoals: Ratslag, flik-flaks, overslagen, slato's en nog veel meer.
Ongeveer 3000 jaar voor Christus vonden mensen het leuk om menselijke piramides te bouwen. Ongeveer 2500 jaar geleden hebben de Grieken de 1e turnwedstrijden georganiseerd. Zij hebben ook de 1e olympische spelen bedacht en uitgevoerd. Later zijn er turnclubs ontstaan.
Er zijn ook nog verschillende groepen. Je hebt allereerst peutergym (uiteraard voor peuters), kleutergymnastiek en voor alle andere leeftijden, wedstrijduur (dit is voor de betere turnsters en zij trainen meerdere uren per week) en als je goed genoeg bent kom je op de selectie. Zij trainen een aantal keer per week meerdere uren. Dit hangt uiteraard af van de club waarbij je turnt
Voor het turnen gebruik je normaal alleen je lichaam in combinatie met toestellen of een lange mat voor grondoefeningen. Bij turnen op toestellen, vooral bij de ringoefeningen, rekoefeningen en bij de brug is het van belang dat je geen gladde handen hebt. Om gladde handen te voorkomen en om de handpalmen wat stroever te maken, wordt er gebruik gemaakt van magnesiumcarbonaat. Dat is een soort van wit poeder, waarmee de handpalmen worden ingewreven. Voor de rekstok kunnen de turners gebruik maken van leertjes, waar drie vingers door heen passen en gezien kunnen worden als een soort handschoentjes, die bescherming bieden tegen blaren.
In elke provincie zijn er turnvereningen. Per provincie ongeveer 20 verenigingen. De populairste verenigingen zijn: Selectie K&K in Culemborg, Turnace in Amsterdam, Olympia in Groningen. Turninstituut in Hoogezand & Flik-flak in Den Bosch.
De minitrampoline. Je rent tien meter dan spring je in de trampoline en dan maak je bijvoorbeeld 1 of meerdere salto's. Een minitrampoline is ongeveer 1.20 meter lang en 1.20 meter breed. Daarin zit een springdoek gespannen met behulp van veren. Hij weegt ongeveer 38 kg.
De tumbling bestaat uit een 25 meter lange verende vloer (een soort springkussen) met een aanloopstuk van 15 meter. Verschillende turnbewegingen zoals salto’s, overslagen en andere dingen. Ook bij de tumbling kiezen bijna alle turners (95%) voor blote voeten te werken ook hierbij voor de grip die ze er dan op hebben.
Er zijn verschillende turnpakjes in alle maten & kleuren. De jury let tijdens sportwedstrijden streng op de kledingvoorschriften, want als de verkeerde kleding wordt gedragen, kunnen er punten worden afgetrokken.